Leven met het klimaat
Een woestijn is een dodelijke omgeving voor onvoorbereide mensen. In hete woestijnen gaan mensen door hoge temperaturen zweten waardoor mensen snel vocht verliezen. Omdat er niet veel water is kan je uitdrogen en binnen een paar dagen kan je zelfs dood gaan. Er komen ook zandstormen die uren tot zelfs dagen kunnen duren. Die zijn niet alleen irritant voor je ogen, maar kunnen ook schade brengen aan apparatuur zoals filters en voertuigen. Dit maakt overleven in de woestijn heel moeilijk voor de mens. Desondanks hebben sommige leefgroepen van de woestijn hun leefomgeving gemaakt, onder andere de Bedoeieien en de Toeareg. Moderne technologie hebben de woestijn leefbaarder gemaakt. In de Verenigde Staten en Australië wordt de woestijn heel erg gebruikt voor landbouw.
IJswoestijnen
In ijswoestijnen is kou het belangrijkste gevaar. Kou is verantwoordelijk voor onderkoeling en bevriezing. Bij als er geen warmte bron is kan bovendien geen ijs gesmolten worden (om drinkwater te krijgen) waardoor kans op uitdroging bestaat. Verhongering is ook een risico: het menselijk lichaam heeft bij lage temperaturen meer voedsel en energie nodig om lichaamswarmte te handhaven en te kunnen bewegen. Net als in hete woestijnen hebben sommige mensen, zoals de Inuit , hun levensstijl aangepast aan de slechte omstandigheden van de koude woestijnen.
Leven in de woestijn
Het meeste leven in de woestijn is nomadisch. Nomaden zijn herders. Zo hangt het leven af van het vinden van water in de woestijn en van de mogelijkheid dat het vee kan grazen. In de koude woestijnen hangt het af van het vinden van goede visgronden, beschutting tegen sneeuwstormen en het kunnen bewaren van voldoende voedsel voor de winter. Een huis in beide soorten woestijnen moet drinkbaar water en voedsel hebben.